Ik doe mijn best om zeker 1 keer per week een nieuw gerecht uit te proberen, ik heb al die kookboeken en abonnementen op kooktijdschriften toch niet voor niets! Deze week een combinatie van dingen die ik lekker vind om te eten, leuk om te maken en een mogelijkheid om een paar van mijn keukenapparaten weer aan het werk te zetten.
Brood maken is een bevredigend werkje, ik word altijd blij van het resultaat van mijn geduld. Rijzen kost tijd, maar een versgebakken brood is een mooie beloning. Het kneden doet mijn keukenmachine, de spruitjes worden voorgegaard in de stoomoven. Het rijzen doe ik ook in de oven, daar zit een speciale rijsstand op. Bij het afbakken gebruik ik ook stoom voor een knapperiger brood, maar al je geen stoomoven hebt, kun je ook een ovenbestendig bakje gevuld met water onder in de oven zetten.
Aantal personen
4
Ingrediënten
Deeg
- 300 gram bloem, liefst typo00 (Molino Grassi, la farina per pizza e focaccia, te koop bij de Sligro)
- 1 theelepel droge gist
- 1 theelepel zout
- versgemalen zwarte peper naar smaak
- 1 theelepel venkelzaad
- 190 milliliter handwarm water
- 50 milliliter + 4 eetlepels + extra olijfolie
Topping
- 200 gram schoongemaakte spruitjes
- 100 gram walnoten
- 50 gram pecorinokaas
- 2 rode uien
- 1 theelepel suiker
- 2 eetlepels balsamicoazijn
- zout naar smaak
- versgemalen zwarte peper naar smaak
Keukenmateriaal
- koksmes
- snijplank
- vijzel
- keukenmachine/mixer met deegkom en kneedhaken (of gebruik je handen om te kneden als je geen machine hebt)
- schone theedoek of plasticfolie
- springvorm met een doorsnede van 24-26 centimeter
- kwastje om in te vetten (of gebruik je handen)
- kookpan of schaal voor stoomoven
- vergiet
- kaasrasp
- koekenpan
Bereidingstijd
2 uur
Bereiden
Pel de ui en snijd deze in partjes, zorg dat de partjes niet uit elkaar vallen. Kneus de venkelzaad met de vijzel.
Doe de bloem in een grote kom samen met de gist. het zout, het venkelzaad, het water en 50 milliliter olijfolie. Kneed met de deeghaken van een keukenmachine in 10 minuten tot een soepel, elastisch deeg. Heb je geen keukenmachine, gebruik dan iets minder water zodat het deeg minder plakkerig is aan je handen. Voeg tijdens het kneden geen extra bloem toe als het deeg plakkerig lijkt; het deeg wordt naarmate je langer kneedt steeds soepeler. Dek het deeg af met een schone theedoek of plasticfolie en laat het op een warme plek 1 uur rijzen, ik gebruik hiervoor de rijsstand van mijn oven, op 35°C.
Vet de bakvorm royaal in met olijfolie. Stort het deeg in de vorm, als het niet loslaat van de kom kun je hiervoor een deegschraper gebruiken. Vet je handen in met olijfolie en trek het deeg voorzichtig uit over de hele bodem van de bakvorm. Dek het deeg opnieuw af en laat het nog 25 minuten rijzen op een warme plek. Verwarm de oven intussen voor (elektrisch : 230°C / hetelucht: 210°C).
Blancheer de spruitjes 3 minuten in kokend water of stoom ze 5 minuten in de stoomoven. Giet af, spoel ze grondig onder koud water en laat goed uitlekken. Dep ze eventueel droog in een schone theedoek. Halveer de spruitjes en meng ze met 1 eetlepel olijfolie.
Verdeel de spruitjes over het deeg in de bakvorm. Besprenkel de focaccia met 2 eetlepels olijfolie. Maak met je vingertoppen kuiltjes in het deeg en druk tegelijkertijd ook de spruitjes een beetje in het deeg. Rasp de pecorino boven de focaccia en verspreid de walnoten erover. Bak de focaccia in 20-25 minuten goudbruin in de oven.
Verhit intussen 1 eetlepel olijfolie in een koekenpan en bak er de ui op matig vuur 15 minuten in tot hij kleverig wordt en begint te karamelliseren. Bestrooi met 1 theelepel suiker en laat kort verder karamelliseren . Neem van het vuur en roer de balsamicoazijn erdoorheen . Breng op smaak met wat zout en flink wat peper.
Neem de focaccia uit de oven en laat hem iets afkoelen . Verdeel voor het serveren de gekaramelliseerde ui eroverheen.
